De spectaculaire overname: dit is de mycenaparasiet

Ze zijn klein, teer en soms bijna doorzichtig: de mycena’s die in de herfst massaal verschijnen op dood hout of tussen het mos. Maar wie écht goed kijkt, ontdekt soms iets onverwachts. Een soort pluisjes, of hele fijne draadjes met bolletjes erop – alsof de paddenstoel een miniatuur kerstverlichting draagt. Dat sierlijke schimmeldraadje is allesbehalve feestelijk. Het is Spinellus fusiger, een knopschimmel die leeft als parasiet op mycena’s.

Wat is de Mycenaparasiet?

Spinellus fusiger is een micromycete – een microscopisch kleine schimmel die zijn hele leven op andermans paddenstoel bouwt. De draadjes die je ziet zijn sporendragers die zich uitstrekken vanaf het hoedje van de mycena. Daarmee verspreidt de parasiet zich verder, terwijl de gastheer langzaam aftakelt. De vruchtlichamen van de mycena raken vervormd of komen niet goed tot ontwikkeling. De schimmel zuigt letterlijk de kracht uit z’n gastheer.

Het bijzondere aan Spinellus fusiger is dat je ‘m niet alleen onder de microscoop hoeft te zien. Bij vochtig weer en met een beetje geluk kun je de ragfijne structuur met het blote oog waarnemen. Een prachtig en tegelijk wat sinister tafereel – alsof het bos zelf z’n paddenstoelen van schimmeljuwelen voorziet.

Waar en wanneer kan je de Mycenaparasiet tegenkomen?

Je vindt hem vaak op dood hout, in loofbossen, parkjes en zelfs stadsrandzones – overal waar mycena’s voorkomen. Omdat hij pas verschijnt als de paddenstoel al een tijdje groeit, zie je hem vaak in het latere stadium van het zwamseizoen. Met een vergrootglas of macrocamera kun je zijn ragfijne draadjes prachtig in beeld brengen.


5 feitjes over de Mycenaparasiet.

  • De sporendragers (de “draadjes”) beginnen wit of doorschijnend – vooral als ze net zijn gevormd. In dit stadium zijn ze nog jong, kwetsbaar en bevatten ze nog geen rijpe sporen.

  • Naarmate de schimmel ouder wordt, kleuren de bolletjes aan het uiteinde donkerder – uiteindelijk zwart. Dat komt doordat de sporen rijpen. Die zwarte bolletjes zijn dus eigenlijk sporenhoopjes, klaar om verspreid te worden.

Previous
Previous

Klein maar betoverend: dit is de Mycena.

Next
Next

Witte wonderpruik met superpowers: dit is de Pruikzwam.