Na drie vluchten en twee slapeloze nachten weet ik eigenlijk niet meer precies welke dag het is. Ik weet wel dat je pas echtop reis bent, als je snot zwart is van stof. Mission accomplished. Ik ben nu in Nukus, een plaatsje in West-Oezbekistan, vlak bij de droogvallende Aral Sea (in het Nederlands noemen we dit gewoon een meertje). Hoe ik hier ben gekomen?
De eerste etappe bracht me naar Istanbul airport, daar had ik ook meteen m’n eerste dom blondje moment. Ik draag voor het eerst een horloge. (Dan weet je hoelaat het is zonder telefoon, super handig!) Een oldskool Casio, die ik handmatig in het vliegtuig op lokale tijd had gezet. Tenminste, dat dacht ik. Dus daar sta ik op Instabul Airport, naar het informatiebord te kijken. Ik heb een wandelingetje gemaakt, klef te duur broodje gegeten, en ik wil weten bij welke gate ik over een uurtje moet zijn. Ik zie een icoon van een rennend mannetje en ‘6min’ bij mijn vlucht staan. FUCK, mijn vliegtuig gaat over 6 minuten? Blinde paniek. Rennen. Zweten. Jup, dat icoontje betekent dus, ‘vanaf hier is het 6 minuten lopen naar je gate’. Mijn vliegtuig ging pas een uur later.
Taskent Airport. Na alle ellende met de Turkmenistan-visum, gooide ik hier alles in de strijd. Make-up in het toilet opgepoetst, de blonde loklen los en opgefluft. En succes, binnen no-time stond ik in Uzbekistan. Het was inmiddels half 2 ‘s ochtends.
Random smerig hotel. De eerste ‘cultuur’ shock. Matrassen maken ze hier van steen. Of hout. Iets dat kraakt, geen milimetertje vering heeft en superklote ligt. Welkom bij de plafonddienst.
Tashkent. In de stad realiseer ik me dat ik val in dezelfde categorie als de oranje verklede toeristen die op 30 April in Amsterdam hopen Koninginnedag te vieren. Ik dacht dat mijn reisgids een 2019 editie is, maar een herdruk. En daarin staat dat je als vrouw bedekt moet. Dus dit eikeltje heeft eigenlijk alleen lange broeken bij zich. En de vrouwen hier dragen gewoon shorts. Zoals Homer Simpson zou zeggen, ‘doh’.
De hoofdstad van Uzbekistan is wijds en voelt Russisch aan. Grote pleinen, brede wegen. Het is er ontzettend schoon en er zijn amper mensen op straat.
Tweede nacht in mijn stenen ledikantje. Het is heet. Heel erg heet. Stoeien met de airco-afstandsbediening haalt niets uit. Alle russisch knopjes gegoogle translate, maar ook ‘het regime’ en het ‘droom’-standje zorgen niet voor een koud briesje en tripje naar dromenland. Wist je dat een stenen matras niet echt lekker absobeert? Dit is letterlijk ‘baden in het zweet’.
——
Tashkent Airport, 5am.Mijn koffer haar door de mri-machine en ik krijg acuut een paar heftige gebaren van de douane-meneer. Ik moet meekijken naar zijn scherm. Het lijkt op een marteltuigje, maar die hangt gewoon nog thuis, eindelijk herken ik wat hij aanwijst ‘ohhhjoh, dat is m’n stekkerdoos,’ zeg ik in mijn allerbeste Nederlands. Mijn reactie is kennelijk zo enthousiast dat het ook meteen prima is.
Dom blondje moment numero dos. Paniek, want onze vlucht staat niet op het bord!! In gebaren probeer ik dat aan de balie-dame uit te leggen. ‘You wait.’ Wat? ‘You wait.’ ‘But our flight? ‘Yes, you wait!’ De volgende vlucht naar Nukus gaat pas over een paar uur. Daar zit je dan, op een vliegveld zonder restaurant, winkels of want dan ook. Het duurde toch zeker 15 minuten voordat ik doorheb dat ik naar het arrivals bord zit te kijken. Uurtje later zit ik in het gammel vliegtuigje richting Nukus.
Nukus, 9.30am.Volgens lonely planet ‘one of uzbekistan’s least appealing cities’ in Karakpakstan ‘the most depressed region.’ ‘It feels like the end of the world.’ Nou, m’n reisboekie weet het wel te verkopen. In Nukus is geen hol te beleven, dus op naar een nog meer troosteloos stadje, Moynaq. Ooit een bruisende vissersstad aan de Aral Sea, maar de kustlijn is 200km teruggetrokken dus nu is het een spookstadje.
Check alle foto’s in m’n Uzbekistan album.
DISCLAIMER: Dit stukje is getypt door een halve dyslect met-zonder lenzen in, dus tiepfautjes zijn onvermijdelijk. En ik heb even veel liefde voor d’s als voor t’en, dus gebruik ik die te pas en te onpas. Mijn blog. Deal with it. Kusje!